donderdag 25 september 2014

Cottagetuinen in Zuidwest Engeland

Begin augustus 2014 heb ik een studiereis gemaakt naar mythische plekken in zuidwest Engeland. Tijdens deze tocht heb ik eveneens verschillende tuinen bezocht.
Twee bijzondere tuinen zijn me opgevallen. Het gaat hierbij om Castle Drogo  in Devon en Hestercomb Gardens in Somerset. In beide gevallen is Sir Edwin Luytens als architect bij de plannen betrokken geweest.
In de situatie van Hestercomb Gardens heeft Lutyens samengewerkt met Gertrude Jekyll. In de situatie van Castle 
Drogo is duidelijk dat zij niet bij dit tuinontwerp betrokken is geweest. Aan de opzet van de tuin is wel duidelijk haar invloed te herkennen.



Sir Edwin Lutyens & Gertrude Jekyll
Sir Edwin Lutyens (1869-1944) was een gerenommeerd Engels architect. Zijn werk omvat particuliere huizen, overheidsgebouwen, kantoorgebouwen, nieuwe steden en musea. Geselecteerd door de War Graves Commission, ontwierp hij ook  gedenktekens, grafstenen en begraafplaatsen, waarvan er velen na de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) zijn gerealiseerd. Hij was bedreven in het interieur en exterieur, bij grote en kleine opdrachten. Zijn carrière was in eerste instantie gericht op zijn praktijk in Engeland, maar later, speelde hij een  rol bij het ontwerp ​​van gebouwen over de hele wereld. 

Een toevallige ontmoeting met Gertrude Jekyll in 1889 resulteerde in een nauwe samenwerking tussen hen gedurende vele jaren. Ze had een sterke invloed op zijn vroege werk, in de volkstaal "Surrey Stijl" genoemd. Ook stelde zij  hem voor aan de meeste van zijn vroege klanten. Ze hielp hem om tuinarchitectuur in zijn projecten te gebruiken, om de architectuur van de bebouwing te ondersteunen. Tot zijn vroegste werk behoort Munstead Wood, de woning van Gertrude Jekyll in Surrey. 


Gertrude Jekyll (1843-1932), heeft meer dan 400 tuinen ontworpen in het Verenigd Koninkrijk, Europa en Amerika en haar invloed op de tuinarchitectuur is tot op heden merkbaar. Zij bracht het grootste deel van haar leven in Surrey, Engeland, door. De laatste jaren van haar leven op Munstead Wood in Godalming. 
Een van deze tuin is natuurlijk Hestercombe Garden's Formal Garden, misschien wel het mooiste voorbeeld van haar samenwerking met Sir Edwin Lutyens. 

Haar eigen boeken over tuinieren worden veel gelezen.  Ze droeg meer dan 1.000 artikelen bij aan Country Life, The Garden en andere tijdschriften. Gertrude Jekyll was een getalenteerd schilder, fotograaf, ontwerper en vakvrouw en werd sterk beïnvloed door de Arts & Crafts principes. 

Castle Drogo Gardens, Drewsteignton
Castle Drogo is een landhuis nabij Drewsteignton in Devon. Het is gebouwd in de periode tussen 1911 en 1930 voor de zakenman Julius Drewe naar een ontwerp van Sir Edward Lutyens. Castle Drogo is het laatste kasteel dat is gebouwd in Engeland en waarschijnlijk het laatste woonhuis dat volledig in graniet is opgetrokken. Tijdens mijn bezoek aan de tuin werd het huis grondig gerestaureerd.

Het kasteel heeft een prachtige formele tuin die ook door Lutyens werd ontworpen. De beplantingen zijn uitgewerkt door George Dillistone. Deze beplanting vormt een duidelijk contrast met het omliggende landschap van Dartmoor.
De tuin bestaat uit diverse tuinkamers op verschillende niveaus. De kamers hebben verschillende thema's zoals een vaste plantentuin, een rozentuin, een rododendrontuin en een opvallende cirkelvormige ruimte omsloten door hoge hagen met als thema croquetlawn.

Hestercomb Gardens, Taunton
Hestercombe Gardens, gelegen in  Somerset nabij Taunton, is een unieke combinatie van drie eeuwen tuinkunst: een Georgische landschapstuin, het Victoriaanse terras en het prachtige Edwardiaanse tuinontwerp door Sir Edwin Lutyens en Gertrude Jekyll.

Hestercombe Gardens vormen het hoogtepunt van de samenwerking tussen beiden. Het is de eerste toepassing waarbij de  vakkundigheid van Gertrude Jekyll werd gebruikt om een klassiek tuinontwerp op grote schaal te maken. Het hele concept van Hestercombe Gardens, waarbij op een briljante wijze wordt omgegaan met verschillende hoogteverschillen is een voorbeeld van hoe gebouw en tuinen op elkaar zijn afgestemd. In de verschillende tuindelen zijn enorme borders met vaste planten aangelegd. 


Cottagetuinen
Beide tuinen zijn grote projecten die behoren bij landhuizen. Het gebruik van de vaste planten en de indeling van de tuin in verschillende kamers, die verbonden zijn door paden langs zichtassen, doet denken aan cottage tuinen.

De toegepaste borders in deze landhuistuinen hebben veel gelijkenis met de bloemborders van cottagetuinen.
Tijdens mijn studiereis heb ik ook verschillende cottagetuinen bezocht. Deze tuinen zijn bescheiden van opzet maar met een duidelijke structuur. De aandacht gaat uit naar het kweken van bloemen, groenten en fruit. Dat er de nodige energie wordt ingestopt is duidelijk te zien.





www.plancompagnons.nl 

woensdag 17 september 2014

Boerderijen in de Franche-Comté, Oost-Frankrijk

In het vorige bericht heb ik geschreven over mijn pelgrimstocht naar Jeruzalem. Door wandelend door het landschap te gaan krijg je een goed beeld van de veranderingen van het ene landschap ten opzichte van het andere. Enerzijds ontstaat dit door de de natuurlijke omstandigheden. Hierbij kun je denken aan of het gebied heuvelachtig is, loopt er een rivier door het gebied, is de ondergrond moerasachtig en meer van dit soort omstandigheden. Anderzijds is het gebruik van het landschap door de mens bepalend voor het uiterlijk van het landschap. Uiteraard spelen beide aspecten op elkaar in.

Franche-Comté 
Mijn route verliep deze zomer van de Champagnestreek via het Plateau van Langres naar de Franche-Comté in het oosten van Frankrijk, tegen de Zwitserse grens aan. De overgang was er onder andere een van de landbouwgebieden met wijnstreken naar de gebieden waar veeteelt en bosbouw belangrijker worden. Daar waar in de Champagnestreek de invloed van de mens zeer duidelijk aanwezig is door strakke verkavelingen, weinig bos of natuurgebied en veel akkers, is in de Franche-Comté de invloed van het vee meer dominant. Dit laatste landschap wordt beheerst door groene weiden afgewisseld met bossen en begroeide beek- en rivierdalen. De kavels verlopen ook grilliger als deze in de Champagestreek. Het landschap oogt hierdoor 'natuurlijker'.

Verspreide boerderijen
In de Champagnestreek viel op dat de boerderijen geclusterd in de dorpen en gehuchten waren gesitueerd. Omdat de veeboeren dichter bij hun vee moeten zijn dan een landbouwer bij zijn akkers, zijn de boerderijen in veeteeltgebieden meer verspreid door het landschap aanwezig. Vaak zijn het woonhuizen met grote schuren waar de veestapel 's winters binnen gehouden kan worden.
Toch zie je in de gehuchten en dorpjes ook boerderijen staan. Deze zijn echter los van elkaar geplaats omdat direct rondom de boerderij ruimte beschikbaar moet zijn voor het vee. Uiteindelijk is alles gericht om op een zo functioneel mogelijk manier om te gaan met de manier waarop de kost verdient moet worden.
Omdat de boerderijen wat ruimere erven hebben komen de gebruikelijke elementen van een boerenerf hier aan de orde. Het gaat hierbij om het erf, de moestuin, de bloementuin, de boomgaard en een plek om buiten te kunnen eten.

Koeienbellen
Niet alleen het zicht op het landschap is anders in deze twee verschillende landschappen, ook de geluiden van het platteland zijn anders per streek. Als wandelaar ga je geleidelijk van het ene landschap naar het andere. Vanuit het akkerbouwgebied kom je geleidelijk aan enkele weiden tegen waar koeien met bellen lopen. Bij iedere beweging hoor je het vrolijke geluid van de koeienbellen. Hoe verder je het gebied binnen gaat hoe meer weiden met koeien en dus ook meer bel gerinkel je tegen komt. Op een gegeven moment is het geluid zeer vertrouwd en kijk je er niet meer van op.


www.plancompagnons.nl