vrijdag 23 mei 2014

Hoe zuinig is Twente op zijn historische boerderijen en erven?



Veel boerderijen op het Twentse platteland vertonen achterstallig onderhoud. In een verontrustend aantal gevallen staan de niet bewoonde onderdelen van de oude boerderij en de bijgebouwen leeg en onbenut. Soms dreigt zelfs sloop. Dat klinkt allemaal nogal somber maar dat is toch niet het hele verhaal: er is meer mogelijk dan men denkt…
Op vrijdag 16 mei 2014 praatten ruim 80 eigenaren, gemeenteambtenaren en erfgoedspecialisten over de leegstandsproblematiek en over de kansen van herbestemming van de voormalig agrarische gebouwen. Op uitnodiging van de recent opgerichte boerderijenstichting Twentse Erven en van de Koninklijke Nederlandse Heidemaatschappij (KNHM) afdeling Overijssel, waren de mensen bijeen in ’t Hoogspel in Ambt Delden.
De inspiratie voor de levendige discussies over de bedreigingen van het Twents agrarisch erfgoed en over de kansen om er nog wat van te redden, werd geboden door de resultaten van het onderzoek dat is verricht in de omgeving van Markelo (gemeente Hof van Twente). Dat onderzoek – een initiatief van Maarkels Landschap en uitgevoerd door Bureau Fenicks – laat verontrustende cijfers zien. Onderzoeker Jan-Hylke de Jong toonde aan dat de situatie zorgelijker is dan het op het eerste gezicht lijkt. Zeker 26% van de boerderijen, ongeacht of er nog geboerd wordt of niet, is bouwkundig matig tot slecht en dus niet bij de tijd. Niet minder dan 7% kan als bouwvallig, zelfs als rijp voor afbraak worden beschouwd. Voor schuren en andere bijgebouwen ligt dat percentage nog wat hoger: op 14%.
Het onderzoek van Bureau Fenicks geeft tevens aan welke kansen er zijn voor succesvolle herbestemming. Daarbij is aan de hand van een aantal meetbare criteria onderzocht in welke richting die herbestemming zou moeten gaan: dubbele bewoning, woning met kantoor, Bed&Breakfast, een camping en wellicht zorgvoorzieningen. Allemaal toepassingen die op de betreffende plek in principe economisch haalbaar zouden moeten zijn.
De door de naar ’t Hoogspel gekomen boerderijliefhebbers gevoerde discussies, haakten in op de uitkomsten van het onderzoek. Wat opviel was dat herbestemming als een bijna vanzelfsprekende oplossing wordt beschouwd. Maar ook dat de boerderijeigenaar daarbij vooral kijkt naar de gemeente. Men wil zelf wel aanpakken maar verwacht in ruil voor de beoogde verbetering, een coulante en meedenkende houding van de kant van de overheid.
Twentse Erven wil in het proces van herbestemming een bemiddelende rol spelen . De jonge stichting hoopt de deskundigheid van alle betrokken partijen te kunnen mobiliseren. Aan enthousiasme om daar aan mee te werken ontbreekt het niet. Dat gaven de boerderijliefhebbers die deelnamen aan dit symposium unaniem aan. Dat gold ook voor de aanwezige en nieuwbenoemde wethouders en hun ambtenaren.
Dit bericht is integraal overgenomen van www.erfgoedstem.nl