donderdag 27 maart 2014

Robuuste tuin bij monumentale boerderij

 
De familie Schell heeft me benaderd voor het maken van een ontwerp voor de tuin, erf en directe omgeving van hun monumentale boerderij Westerhoeve te Barendrecht.
De Westerhoeve is een boerderij van het Vlaamse middenlangsdeeltype en stamt uit begin 19de eeuw. Het woonhuis heeft een puntgevel en zadeldak. De dubbele voordeur is geplaatst in een pilasteromlijsting. De boerderij ligt langs de historische Voordijk op een eiland. Buiten de omringende waterpartijen is een nieuwbouwwijk gebouwd en een ontsluitingsweg voor de wijk aangelegd. Deze wijk is genoemd naar de monumentale boerderij Westerhoeve.

De opdrachtgever heeft allerlei ideeën voor zijn tuin en erf maar kan er geen passend plan voor smeden. In een startoverleg zijn de ideeën van de heer en mevrouw Schell aangehoord en is gezamenlijk het terrein bekeken. Als ontwerper heb ik geproefd aan de sfeer van de Westerhoeve. Na de eerste kennismaking is een programma van eisen opgesteld. Dit programma vormt de basis voor het verdere ontwerp.





Ontwerp boerderijtuin
Uitgaande van de eisen en wensen van de opdrachtgever is een opdeling van het terrein voorgesteld: erf, siertuin met terras, bleek, moestuin, boomgaard en weilanden met paardenbak.
Het erf blijft grotendeels zoals het nu is, met split afgestrooid asfalt. Een praktische oplossing passend in de sfeer van de boerderij. Het erf biedt voldoende parkeerruimte voor de auto’s van de bewoners en hun bezoek. Omdat er in de verschillende schuren nijverheid plaatsvindt, ontstaat op het erf een passende levendigheid.
De siertuin met het terras sluiten aan op het woongedeelte van de boerderij en zijn formeel ingericht. Het oorspronkelijke houten prieel is in de vormgeving opgenomen. Grind, gebakken klinkers, formele rozenvakken en leibomen. De oorspronkelijke waterput is in het terras opgenomen.
Aansluitend op de siertuin liggen een grasveld (bleek) en een moestuin met kippenren. De moestuin is met een houten hek afgeschermd van de vrijlopende kippen.
Achter de boerderij is een groot deel van het oorspronkelijke erf opgeofferd voor een boomgaard met hoogstam fruitbomen. Deze boomgaard verbindt de verschillende, op het terrein aanwezige, schuren met elkaar.
Om tot een juiste verhouding op het terrein te komen en verbindingen tussen verschillende delen van het terrein te realiseren is de paardenbak verkleind. De bestaande weilanden zijn bewaard gebleven. Op diverse plekken zijn bomen aangeplant.

Privacy en sfeer
Om de privacy en de sfeer van het terrein te vergroten is aan twee zijden van het terrein een beplantingssingel voorgesteld. Deze rand is circa vijf meter breed en bestaat uit soorten als Els, Es, Wilg en Berk. Er ontstaat een passende afscheiding tussen boerderij met erf en tuinen en de omliggende woonwijk. Daarnaast biedt de beplanting hout voor de openhaard of kampvuur. Eens in de vijf à zeven jaar kan een deel van de beplanting worden gekapt waarna deze weer uitgroeit. In de inheemse beplantingssingel ontwikkelt zich een rijke kruidenvegetatie die past bij dit gebied. De groene rand biedt een habitat voor verschillende inheemse vogels.



www.plancompagnons.nl


donderdag 20 maart 2014

Nieuwe kansen voor leegkomende boerderijen

In Nederland hebben veel boerderijen en stallen hun agrarische functie verloren. Dit proces zal ook de komende decennia doorgaan. Alterra, een onderzoeksinstituut voor de groene leefomgeving, heeft op verzoek van Innovatie Netwerk in kaart gebracht hoeveel erven tot 2030 naar verwachting hun agrarische functie verliezen. In de bijgevoegde kaart is aangegeven waar ze liggen.

De inschatting van de onderzoekers is dat er circa 24.000 bedrijven zullen stoppen en dat er ook een aanzienlijke leegstand zal ontstaan. Tot 2030 wordt verwacht dat gebouwen met een oppervlakte van ten minste 32 miljoen m² hun agrarische functie zullen verliezen.

Daarvan zal ongeveer de helft een andere invulling kunnen vinden. De resterende circa 15 miljoen m² zal leegstaan. Deze leegstand is groter dan de verwachte leegstand in 2030 als het gaat om kantoorruimte of winkelruimte in Nederland.

 Ruimte voor woon-, werk- of zorgerven
De resultaten van dit onderzoek maken duidelijk dat er de komende jaren veel gedaanteveranderingen zullen plaatsvinden van agrarische erven naar woon-, werk- of zorgerven. Een groot aantal gebouwen zal geen nieuwe functie kunnen vinden.

Vrijkomende boerenerven bieden ruimte aan nieuwe activiteiten in het landelijk gebied. Terwijl deze nieuwe activiteiten tientallen jaren door overheden op diverse niveaus zijn beperkt, is de afgelopen jaren een omslag aan de gang. Verschillende overheden zien vrijkomende locaties in toenemende mate als een kans voor een opwaardering van het landelijk gebied. Gezien de omvang van de veranderingen en de verwachte leegstand, zullen deze kansen ook in de toekomst alleen maar groter en belangrijker worden.

Een economisch en sociaal vitaal landelijk gebied
Hergebruik van vrijkomende agrarische gebouwen als middel om het landelijk gebied economisch en sociaal vitaal te houden, zal de komende decennia een belangrijk thema zijn. Beleidsmakers staan voor de vraag of ze op innovatieve manieren, hergebruik van agrarische gebouwen willen toestaan of zelfs stimuleren. Immers, leegstand op grote schaal zal zowel verlies aan kapitaal als aan cultuurhistorische interessante gebouwen betekenen. Het vraagt ook om vernieuwende vormen van hergebruik.

Knooperven, verzamelerven en andere initiatieven
InnovatieNetwerk ontwikkelt daarom concepten zoals ‘Knooperven’, die vanuit kwaliteitsperspectief meer mogelijk maken op vrijkomende boerenerven. Knooperven zijn boerenerven die door middel van paden en beplanting met elkaar verbonden zijn. De uitdaging in dit concept is om bedrijfsontwikkeling mogelijk te maken in een kleinschalig landschap, en tegelijkertijd burgers kansen te bieden om op grotere knooperven te wonen en verantwoordelijkheid te nemen voor het beheer en onderhoud van de karakteristieke beplanting die de erven verbindt.


Het idee van 'Verzamelerven', dat in West-Brabant wordt ontwikkeld, borduurt hierop verder. De bestaande erven krijgen een nieuwe structuur waarbij verschillende gezinnen die iets gemeenschappelijks hebben samen werken. De bestaande bebouwing wordt grotendeels gesloopt en in plaats hiervan worden nieuwe woningen gebouwd. Iedere woning heeft een privétuin. Daarnaast worden zaken gezamenlijk georganiseerd zoals het beheer van de buitenruimte maar ook een gemeenschappelijk gebouw waar werkruimten, ateliers, bed&breakfast en/of vergaderruimtes worden gemaakt. Gezamenlijk richten deze groepen verenigingen of coöperaties op om de gemeenschappelijke belangen te organiseren.


De ervaringen met het concept ‘Knooperven’ hebben het inzicht opgeleverd dat er veel meer mogelijk – én nodig – is om het landelijk gebied vitaal te houden. De komende jaren zijn meer initiatieven en nieuwe concepten hard nodig. Een uitdaging ook voor al die initiatiefnemers die rondlopen met initiatieven die wel een aantoonbare maatschappelijke toegevoegde waarde bieden maar die nog niet passen binnen het huidige beleid en de gebruikelijke manieren van denken en werken.
 
Dit artikel is voor een groot deel gebaseerd op het rapport "Vrijkomende agrarische bebouwing in het landelijk gebied" uitgegeven door InnovatieNetwerk, maart 2014.
Voor InnovatieNetwerk klik http://bit.ly/1ebvRG1

www.plancompagnons.nl

donderdag 13 maart 2014

Keuze voor een woongebouw op Landgoed De Heivelden


Als landschapsarchitect ben ik benaderd om twee ontwerpen te maken voor de directe omgeving van een nog te bouwen woning op Landgoed De Heivelden te Chaam. De Provincie Brabant moet overtuigd worden om te kunnen bouwen op het landgoed. Hierbij was het de keuze om een landhuis of een boerderij te bouwen. In het verleden heeft er op deze plaats al een boerderij gestaan.

Mijn hulp is ingeroepen omdat de Provincie Brabant een beeld wilden hebben van de toekomstige inrichting van het terrein zowel bij een landhuis als bij een woonboerderij.

Buitenplaats
Wanneer voor een landhuis wordt gekozen krijgt de directe omgeving rondom het huis de sfeer van een buitenplaats. Symmetrie, zichtassen, waterpartijen, formele rozentuinen met beelden en berceaus zijn begrippen die bij dit landschapselement passen.

Woonboerderij
Wanneer voor een woonboerderij wordt gekozen is een terughoudende vormgeving meer voor de handliggend. Symmetrie speelt nauwelijks een rol. De directe omgeving van een boerderij heeft meer de sfeer van een functionele ruimte (erf). Omdat het hier een woonboerderij betreft worden verschillende omhaagde tuinen in de directe omgeving van de woonboerderij voorgesteld.

Boomgaarden
In zowel het ontwerp voor het landhuis met buitenplaats als van de woonboerderij passen verschillende hoogstam fruitboomgaarden. De sfeer van de in het gelid staande bomen in een grasveld of wei sluiten perfect aan bij de esthetica van een buitenplaats en/of het functionele van een boerderij.

Landgoed
Beide typen huizen passen perfect in de sfeer van het reeds aanwezige landgoed. Toch heeft de Provincie Brabant een voorkeur uitgesproken voor een woonboerderij. De terreininrichting zal hierop verder worden aangepast. Door de tuinontwerpen ontstaat er een overgang van boerderij, bijgebouwen, erf met tuinen naar het landgoed met weilanden, lanen en bospercelen.

www.plancompagnons.nl

woensdag 5 maart 2014

De boomgaard als onderdeel van een boerenerf


Wanneer men over een boerderijtuin of boerenerf fantaseert, rijzen de beelden op van een boerenbedrijf met erf, moestuin, siertuin en een boomgaard. Zowel het erf als de schuren doen dienst als werkruimte voor de boer. De moestuin en de boomgaard werden aangelegd vanwege de opbrengst van groenten en fruit. Oude boomgaarden bestonden uit hoogstamfruitbomen omdat men nog niet bekend was met het telen van halfstam of  laagstam bomen. Half- en laagstam bomen kunnen vanaf de grond geplukt worden terwijl voor hoogstambomen de ladder gebruikt moet worden. Door dit gebruiksongemak en de lagere opbrengst zijn veel hoogstam boomgaarden verdwenen. Gelukkig is er de laatste jaren weer aandacht voor hoogstam fruitbomen waardoor de sfeer die deze boomgaarden uitstralen bewaard blijft.

Plantwijze in de boomgaard
In de commerciële boomgaarden wordt voor de laagstambomen een plantafstand van circa 2 meter aangehouden. Vaak worden de laagstambomen geleid waardoor een strak geheel ontstaat. Alles is gericht op een hoge opbrengst en een efficiënte manier van oogsten en beheren.
Voor hoogstambomen  wordt een plantafstand aangehouden van circa 12 meter. De bomen groeien uit tot volwassen bomen. Door de grote plantafstand staan ze niet in de schaduw van de andere bomen uit de gaard. De bomen worden gesnoeid om licht in de kroon te houden. Hierdoor krijgen de vruchten de kans om zich goed te ontwikkelen.
Het traditionele beeld van een boomgaard is deze van bomen, stelselmatig in rijen geplant. Soms zie je ook boomgaarden waarbij de bomen in een losse zetting zijn geplaatst. Vaak is dit ontstaan na verlopen van decennia wanneer bomen verdwijnen en nieuwe bomen in opengevallen gaten worden bij geplant.

Keuze van fruitbomen
Bij de fruitkeuze voor de boomgaard kiest men meestal de bekende hoofdsoorten zoals appels, peren, pruimen en kersen. Binnen deze soorten zijn er verschillende variëteiten die vruchten leveren in diverse smaken en gebruiksmogelijkheden. Bij het kiezen van vruchtbomen is het handig te letten op de verschillende eigenschappen van de bomen. Enkele voorbeelden van zaken waar op gelet kan worden zijn:
  • Smaak van de vruchten. Wanneer u een voorkeur heeft voor een lekkere vrucht kunt u deze soort kiezen. Als u de ruimte heeft, kunt u er het beste voor zorgen dat er voor iedereen wat bij zit.
  • Pluktijd. Houd rekening met de pluktijd van de verschillende soorten. Wanneer deze op elkaar aansluiten heeft men over een langere periode fruit. Dit is beter dan wanneer alle vruchten tegelijk rijp zijn.
  • Bestuiving. Sommige rassen zijn zelfbestuivend terwijl andere rassen een bepaalde variëteit in de omgeving nodig hebben om bevrucht te worden. Houd hier rekening mee met de keuze van soorten.
  • Gebruik. Kies fruitbomen voor verschillend gebruik, zoals stoof- en handperen, moes- en handappels, gewone- en bakpruimen. De variatie zorgt voor de meerwaarde.
  • Groeiomstandigheden. Appels doen het goed op vruchtbare gronden terwijl kersen goed gedijen op zandgronden. Perziken hebben behoefte aan enige beschutting. Houd rekening met de groeiomstandigheden van de verschillende soorten.
Boomgaard als grasland
Het is gebruikelijk de boomgaard in een grasland aan te planten. Het is mooi wanneer dit grasland als hooiland gebruikt wordt omdat het zich dan ook als kruidenrijk gebied kan ontwikkelen. Zo’n weiland kan twee maal per jaar gemaaid en gehooid worden. De tweede maaibeurt zal tegenvallen omdat met het oogsten het gras betreden moet worden. De grootste meerwaarde zit hem in de kruidenrijkdom van het hooiland.
Vaak wordt een boomgaard beweid. Schapen, geiten, koeien en pony’s zijn geschikt om de boomgaard te begrazen. In de periode dat het fruit rijp is en van de bomen kan vallen zal het vee ergens anders moeten grazen. Zij kunnen zich ziek eten aan het fruit.
Zowel wanneer men de boomgaard maait als wanneer men deze laat begrazen zullen de bomen beschermd moeten worden tegen beschadigingen of vraat.


www.plancompagnons.nl